College voor de Rechten van de Mens veroordeelt gemeenten en woningcorporaties voor discriminatie.
12 juli 2016
Beleid in gemeente Waddinxveen, Eindhoven en Son en Breugel in strijd met Algemene Wet Gelijke Behandeling.
Het College heeft in maart en juli 2016 over deze drie gemeenten een oordeel uitgesproken naar aanleiding van klachten van woonwagenbewoners over het woonwagenbeleid in deze gemeenten. De klachten hadden o.a. betrekking op de weigering van gemeente en/of woningbouwcorporatie om een vrijgekomen standplaats toe te wijzen. Het College stelt dat in alle gevallen sprake is van beleid waarbij sprake is van discriminatie op grond van ras of afkomst. Gemeente Eindhoven, Waddinxveen en Son en Breugel worden bekritiseert dat zij bij de woonplannen in hun gemeente wel onderzoek doen naar de behoefte aan woningen en daarvoor nieuwbouwplannen maken, maar dit niet doen bij de doelgroep woonwagenbewoners en/of Sinti. Ook het feit, dat zij geen woonwagenbewoning meer toestaan op standplaatsen, maar wel woningen willen bouwen is discriminerend. Zij worden apart en ongelijk behandeld en dat is niet toegestaan volgens de Algemene Wet Gelijke behandeling (AWGB).Opnieuw stelt het College vast dat ook een woningstichting zich niet mag verschuilen achter het beleid van een gemeente als die b.v. een uitsterfbeleid nastreeft. Zo’n uitsterfbeleid tast de kern aan van de levenswijze van woonwagenbewoners en Sinti’s, wat bij toetsing aan de wet AWGB wordt beschouwd als discriminatie. Een woningstichting die meewerkt aan de uitvoering van dat beleid maakt zich dus ook schuldig aan discriminatie.
Het College heeft eerder geoordeeld dat woonwagenbewoners die zich van generatie op generatie als zodanig manifesteren en die zich beschouwen als een bevolkingsgroep met een van andere bevolkingsgroepen te onderscheiden cultuur, onder het begrip ras vallen, zoals bedoeld in de AWGB.
UITSPRAKEN.
Datum: 7 juli 2016
Gemeente Son en Breugel.
Oordeel 2016-71: Het College van B&W van de gemeente Son en Breugel discrimineert een vrouw van Sinti-afkomst door op de woonwagenstandplaats waar zij woont, geen woonwagenbewoning meer toe te staan.
Situatie
Een Sinti vrouw woont op de woonwagenlocatie Oranjetip in de gemeente Son en Breugel. Het College van B&W staat op deze locatie geen woonwagenbewoning meer toe. Er worden goedkope sociale woningen gebouwd. De vrouw wil in een woonwagen blijven wonen. Volgens het College van B&W wordt met het gemeentelijke beleid duurzaam wonen en integratie bevorderd. Er wordt gestreefd om op termijn alle woonwagens te vervangen door duurzame woningen.
Beoordeling
Het College van B&W heeft besloten dat in het kader van een ‘natuurlijk krimpscenario’ vrijkomende standplaatsen niet meer in stand worden gehouden. Bovendien worden er geen nieuwe woonwagenstandplaatsen/locaties aangelegd in de gemeente. Dit betekent dat op de langere termijn woonwagenbewoning binnen de gemeente onmogelijk is. Hiermee voert het College van B&W een uitsterfbeleid voor woonwagenbewoning uit. Dit beleid tast de kern aan van de levenswijze van Sinti’s. Het College oordeelt daarom dat het College van B&W de vrouw discrimineert op grond van haar afkomst door op de woonwagenlocatie Oranjetip geen woonwagenbewoning meer toe te staan.
Oordeel 2016-72: Woonstichting Thuis discrimineert een vrouw van Sinti-afkomst door vrijgekomen standplaatsen op woonwagenlocatie Oranjetip te ontmantelen en geen vervangende woonwagenplaatsen daarvoor in de plaats te stellen.
Situatie
Een Sinti vrouw woont op de woonwagenlocatie Oranjetip in de gemeente Son en Breugel. Zij vindt dat Woonstichting ‘thuis haar discrimineert omdat de woonstichting vrijgekomen standplaatsen op deze locatie ontmantelt en er goedkope sociale woningen wil gaan bouwen. Voor die woningen komen niet alleen woonwagenbewoners in aanmerking maar iedereen die een woning zoekt. De woonstichting verklaart dat zij woonwagenbewoning niet onmogelijk wil maken. Omdat het College van B&W geen nieuwe woonwagenstandplaatsen wil, heeft de woonstichting gekeken naar andere vormen van betaalbaar wonen voor mensen die afhankelijk zijn van sociale huisvesting. Daarom worden op die locatie betaalbare sociale woningen gebouwd, die voor iedere woningzoekende toegankelijk zijn.
Beoordeling
De woonstichting verhuurt vrijgekomen standplaatsen op de locatie Oranjetip niet meer. Daardoor is het aantal woonwagenstandplaatsen op deze locatie afgenomen van tien naar twee. Ook worden er geen nieuwe of vervangende standplaatsen aangelegd. Dit terwijl 15 woningzoekenden uit de gemeente op de wachtlijst voor een woonwagen staan. Dit leidt ertoe dat op korte termijn niet in de woonbehoefte van Sinti kan worden voorzien. De woonstichting voert het beleid uit van het College van B&W ten aanzien van de woonwagenstandplaatsen. In de zaak tegen B&W oordeelt het College dat dit beleid discriminerend is. Door het uit te voeren, discrimineert de woonstichting ook. De woonstichting heeft een eigen verantwoordelijkheid om de gelijkebehandelingswetgeving na te leven.
Son En Breugel Gemeente Vrouw 2016-71 College Voor De Rechten Van De Mens
Son En Breugel Gemeente Vrouw 2016-71 College Voor De Rechten Van De Mens Volledig
Son En Breugel Woonstichting Thuis Vrouw 2016-72 College Voor De Rechten Van De Mens
Son En Breugel Woonstichting Thuis Vrouw 2016-72 College Voor De Rechten Van De Mens Volledig
Datum: 5 juli 2016
Gemeente Eindhoven.
Oordeel 2016- 67: De gemeente Eindhoven discrimineert een woonwagenbewoonster door het beleid te voeren waardoor zij niet in aanmerking komt voor een standplaats op een woonwagenlocatie in de gemeente Eindhoven.
Situatie
Een vrouw woonde als medebewoner in op een standplaats op de woonwagenlocatie Heezerweg. De hoofdbewoonster ging weg. De vrouw wil het liefst blijven wonen op deze plek. In opdracht van het College van B&W van de gemeente Eindhoven weigert de verhuurder de standplaats aan de vrouw te verhuren. Het College van B&W stelt dat hij geen uitsterfbeleid voert. Met het beleid wil hij juist een uitbreiding van het aantal standplaatsen in zijn gemeente. Alleen vrijgekomen standplaatsen op de locatie Heezerweg worden niet meer verhuurd.
Beoordeling
Het College van B&W heeft na het Woonwagenbeleid 2005-2010 geen nieuw woonwagenbeleid ontwikkeld. Het College van B&W heeft in zijn Woonvisie 2015 doelen en ambities geformuleerd die meerdere groepen met specifieke woonwensen betreffen. Voor de groep woonwagenbewoners zijn geen doelen en ambities vastgelegd. In de Woonvisie 2015 wordt ook gemeld dat de sociale woningvoorraad in balans is met de doelgroep en dat de deze (net) voldoende groot is om te voldoen aan de behoefte. Voor woonwagenbewoning kan een vergelijkbare balans niet worden aangenomen. De vrouw is aangewezen op een woonwagenstandplaats op een woonwagenlocatie om volgens haar woonwagencultuur te kunnen leven. Vast staat dat de vrouw niet binnen afzienbare tijd in aanmerking kan komen voor een woonwagenstandplaats. Het College oordeelt daarom dat het College van B&W van de gemeente Eindhoven de vrouw discrimineert door het beleid te voeren waardoor zij niet in aanmerking komt voor een standplaats op een woonwagenlocatie.
Oordeel 2016-68: Stichting Wooninc. discrimineert een woonwagenbewoonster door haar niet in aanmerking te laten komen voor het huren van een standplaats op een woonwagenlocatie in de gemeente Eindhoven.
Situatie
Een vrouw woonde bij een hoofdbewoonster in op een standplaats op de locatie Heezerweg in Eindhoven. Na vertrek van de hoofdbewoonster wil zij daar blijven wonen. Stichting Wooninc. weigert de verhuur en ontmantelt vrijgekomen standplaatsen op deze locatie in opdracht van het College van B&W. Hoewel de vrouw op de wachtlijst staat om in aanmerking te komen voor een woonwagenstandplaats, krijgt zij ook geen andere standplaats aangewezen. Wooninc. voert aan dat zij van het College van B&W vrijgekomen standplaatsen op de locatie Heezerweg niet mag verhuren, totdat voor de gemeente duidelijk is wat er met deze locatie gaat gebeuren. Wooninc. hanteert een wachtlijst voor toewijzing van standplaatsen. Als de vrouw voldoet aan de voorwaarden kan zij in aanmerking komen voor een standplaats op een andere locatie.
Beoordeling
Wooninc. voert het woonwagenbeleid van het College van B&W van de gemeente Eindhoven uit. In de zaak tegen het College van B&W oordeelt het College dat dit beleid discriminerend is. Wooninc. heeft als verhuurder van woonruimten een eigen verantwoordelijkheid om de gelijkebehandelingswetgeving na te leven. Van Wooninc. mag verwacht worden dat zij bij het maken van de afweging om een bepaald gemeentelijk beleid te volgen, nagaat of dat beleid in overeenstemming is met de gelijkebehandelingswetgeving. Als dit niet zo is, dan hoort zij ten minste met de betreffende overheidsinstantie daarover in gesprek te gaan. Dit heeft Wooninc niet gedaan. Het College oordeelt daarom dat Wooninc. de vrouw discrimineert door het gemeentelijke beleid zonder meer uit te voeren.
Oordeel 2016-63: De gemeente Eindhoven discrimineert een woonwagenbewoner door het beleid te voeren waardoor hij niet in aanmerking komt voor een standplaats op een woonwagenlocatie in de gemeente Eindhoven.
Situatie
Een man woont op de standplaats van zijn opa op de woonwagenlocatie Heezerweg en wil daar blijven wonen. In opdracht van het College van B&W van de gemeente Eindhoven weigert de verhuurder de standplaats te verhuren en ontmantelt vrijgekomen standplaatsen. Het College van B&W stelt dat hij geen uitsterfbeleid voert. Met het beleid wil hij juist een uitbreiding van het aantal standplaatsen in zijn gemeente. Alleen vrijgekomen standplaatsen op de locatie Heezerweg worden niet meer verhuurd.
Beoordeling
Het College van B&W heeft na het Woonwagenbeleid 2005-2010 geen nieuw woonwagenbeleid ontwikkeld. Het College van B&W heeft in zijn Woonvisie 2015 doelen en ambities geformuleerd die meerdere groepen met specifieke woonwensen betreffen. Voor de groep woonwagenbewoners zijn geen doelen en ambities vastgelegd. In de Woonvisie 2015 wordt ook gemeld dat de sociale woningvoorraad in balans is met de doelgroep en dat de deze (net) voldoende groot is om te voldoen aan de behoefte. Voor woonwagenbewoning kan een vergelijkbare balans niet worden aangenomen. De man is aangewezen op een woonwagenstandplaats op een woonwagenlocatie om volgens zijn woonwagencultuur te kunnen leven. Vast staat dat de man niet binnen afzienbare tijd in aanmerking kan komen voor een woonwagenstandplaats. Het College oordeelt daarom dat het College van B&W van de gemeente Eindhoven de man discrimineert door het beleid te voeren waardoor hij niet in aanmerking komt voor een standplaats op een woonwagenlocatie.
Oordeel 2016-64: Stichting Wooninc. discrimineert een woonwagenbewoner door hem niet in aanmerking te laten komen voor het huren van een standplaats op een woonwagenlocatie in de gemeente Eindhoven.
Situatie
Een man woont op de standplaats van zijn opa op de locatie Heezerweg in Eindhoven en wil daar blijven wonen. Stichting Wooninc. weigert de verhuur en ontmantelt vrijgekomen standplaatsen op deze locatie in opdracht van het College van B&W. Hoewel de man bovenaan de wachtlijst staat om in aanmerking te komen voor een woonwagenstandplaats, krijgt hij ook geen andere standplaats aangewezen. Wooninc. voert aan dat zij van het College van B&W vrijgekomen standplaatsen op de locatie Heezerweg niet mag verhuren, totdat voor de gemeente duidelijk is wat er met deze locatie gaat gebeuren. Wooninc. hanteert een wachtlijst voor toewijzing van standplaatsen. Als de man voldoet aan de voorwaarden kan hij in aanmerking komen voor een standplaats op een andere locatie.
Beoordeling
Wooninc. voert het woonwagenbeleid van het College van B&W van de gemeente Eindhoven uit. In de zaak tegen het College van B&W oordeelt het College dat dit beleid discriminerend is. Wooninc. heeft als verhuurder van woonruimten een eigen verantwoordelijkheid om de gelijkebehandelingswetgeving na te leven. Van Wooninc. mag verwacht worden dat zij bij het maken van de afweging om een bepaald gemeentelijk beleid te volgen, nagaat of dat beleid in overeenstemming is met de gelijkebehandelingswetgeving. Als dit niet zo is, dan hoort zij ten minste met de betreffende overheidsinstantie daarover in gesprek te gaan. Dit heeft Wooninc. niet gedaan. Het College oordeelt daarom dat Wooninc. de man discrimineert door het gemeentelijke beleid zonder meer uit te voeren.












Datum: 8 maart 2016
Gemeente Waddinxveen
Oordeel 2016-19: Het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Waddinxveen discrimineert een woonwagenbewoonster door haar geen toestemming te geven om een standplaats op een woonwagencentrum te huren.
Situatie
Een vrouw woont met haar twee kinderen bij haar ouders in een woonwagen op een woonwagenlocatie in de gemeente Waddinxveen. Door natuurlijk verloop zijn op het woonwagencentrum drie standplaatsen vrijgekomen die zijn geblokkeerd. Daardoor is het aantal beschikbare standplaatsen in de gemeente feitelijk teruggebracht van eenentwintig tot achttien. De vrouw verzoekt sinds december 2012 regelmatig of zij een van de vrijgekomen plaatsen kan huren. Dit leidt niet tot succes.
Beoordeling
Het College van B&W heeft sinds 1987 geen onderzoek gedaan naar de behoefte aan standplaatsen voor woonwagenbewoners. Het College van B&W heeft daardoor geen inzicht in de behoefte aan woonwagenstandplaatsen, terwijl wel sinds geruime tijd onderzoek wordt gedaan naar de behoefte aan reguliere sociale woningen. Dit leidt tot een vermoeden van discriminatie van woonwagenbewoners. Het College van B&W weerlegt dit vermoeden niet. Daarom discrimineert het College van B&W de vrouw door haar geen toestemming te geven om op het woonwagencentrum een standplaats te huren.

