Rapport Nationale Ombudsman ‘Woonwagenbewoner zoekt standplaats”
18 mei 2017.
Kabinet moet einde maken aan discriminerend standplaatsenbeleid woonwagenbewoners.
De nationale ombudsman Reinier van Zutphen heeft woensdag 17 mei 2017 zijn rapport “Woonwagenbewoner zoekt standplaats” gepresenteerd. De ombudsman roept het Kabinet op een einde te maken aan discriminerende standplaatsenbeleid woonwagen- bewoners. Volgens hem houden gemeenten en de Rijksoverheid de overheid te weinig rekening met de culturele identiteit van woonwagenbewoners. Hij stelt vast dat een regierol van het Rijk ontbreekt. Gemeenten worden niet ondersteund in het voeren van een standplaatsenbeleid gebaseerd op relevante mensenrechten-kaders.
Start van het onderzoek door de ombudsman
De Nationale ombudsman besloot in 2016 zich te oriënteren op de positie van woonwagenbewoners in Nederland. Zijn focus lag daarbij op de effecten van het opheffen van de Woonwagenwet (1999) op de woonsituatie van woonwagenbewoners en de gevolgen van de mensenrechtelijke ontwikkelingen voor het gemeentelijk stand-plaatsenbeleid. De aanleiding voor het onderzoek door de Nationale ombudsman vormen klachten van woonwagenbewoners over ‘uitsterfbeleid’: gemeentelijk beleid om vrijgekomen, bestaande standplaatsen niet meer voor woonwagens te benutten.
Via een meldpunt voor woonwagenbewoners ontving de Nationale ombudsman in 2016 112 meldingen van woonwagenbewoners. Hun boodschap was vrijwel steeds dezelfde: er is een tekort aan standplaatsen. Woonwagenbewoners signaleren zowel een absolute afname (het aantal standplaatsen in een gemeente neemt af, bijvoorbeeld als gevolg van een uitsterfbeleid) als een relatieve afname (de populatie woonwagenbewoners neemt toe terwijl het aantal standplaatsen niet uitbreidt). Voorbeelden van problemen die zij melden:
- Gemeenten geven niet thuis: ze weigeren over het tekort te praten of ontkennen het probleem;
- Wachtlijsten voor standplaatsen zijn onbetrouwbaar of ontbreken zelfs;
- Wachttijd voor een standplaats is zeer lang; woonwagenbewoners melden wachttijden van 6 tot 25 jaar;
- Standplaatsen worden niet exclusief aan woonwagenbewoners toegewezen.
Conclusies van ombudsman Reinier van Zutphen
- Uitgangspunt: Bijzondere eigen (woonwagen)cultuur
Woonwagenbewoners hebben een eigen culturele identiteit. De opvatting dat deze identiteit als een mensenrecht bescherming verdient, is in de laatste tien tot vijftien jaar ontwikkeld en bestendigd door verschillende internationaal- en Europees rechtelijke verdragen, die de Nederlandse staat mede heeft ondertekend. De erkenning brengt voor staten de verplichting met zich mee om voor voldoende standplaatsen te zorgen, zodat woonwagenbewoners volgens hun tradities en culturele identiteit kunnen leven. - Onvoldoende kennis bij gemeenten. Gemeenten hebben onvoldoende kennis van het mensenrechtelijke kader voor de culturele identiteit van woonwagenbewoners. De nadruk ligt op ‘normalisatie’: woonwagenbewoners moeten gelijk behandeld worden met andere burgers. Dit miskent dat, waar het gaat om wonen, juist sprake is van ongelijke gevallen die daarom ongelijk behandeld moeten worden.
- Een regierol van het Rijk ontbreekt. Gemeenten worden niet ondersteund in het voeren van een standplaatsen-beleid gebaseerd op relevante mensenrechtenkaders.
Reinier van Zutphen: “Gemeenten maken beleid vanuit het gelijkheidsbeginsel. Dat wil zeggen dat alle inwoners van een gemeente gelijke rechten en plichten hebben. Zij maken daarin geen onderscheid voor inwoners die woonwagenbewoners zijn. Maar in het geval van woonwagenbewoners is er nu juist geen sprake van gelijke gevallen ten opzichte van andere inwoners.
De door internationale verdragen erkende en beschermde (woonwagen)cultuur maakt het noodzakelijk met een andere bril naar standplaatsenbeleid te kijken.
Aandacht voor de behoeften van woonwagenbewoners is niet vrijblijvend, maar heeft een mensenrechtelijke basis. Daarom zouden gemeenten ongelijke gevallen, ongelijk moeten behandelen”. De Rijksoverheid moet hierin een regierol vervullen door een einde te maken aan discriminerend standplaatsenbeleid, de handreiking voor gemeenten in overeenstemming te brengen met het mensenrechtenperspectief, te zorgen voor adequate en actuele kennis en door te monitoren wat de impact van overheidsbeleid op de bescherming van de woonwagencultuur is. ”
Aanbevelingen van de ombudsman
In het rapport heeft de ombudsman een aantal aanbevelingen opgenomen voor gemeenten en de Rijksoverheid, die er voor moeten zorgen dat er voldoende standplaatsen worden gebouwd
Aanbevelingen Rijksoverheid
- Wijs een minister aan die namens de Rijksoverheid portefeuillehouder is voor woonwagenbewoners en hun mensenrechten;
- Ontwikkel samen met gemeenten een visie op het standplaatsen-beleid in overeenstemming met het mensenrechtenkader voor de culturele identiteit van woonwagenbewoners (onder meer de jurisprudentie van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens en de oordelen van het College voor de Rechten van de Mens);
- Breng de handreiking Werken aan woonwagenlocaties (2006) hiermee in overeenstemming;
- Zorg voor kennis hierover in gemeenten die adequaat en op peil is;
- Monitor de impact van het overheidsbeleid op de bescherming van de culturele identiteit van woonwagenbewoners.
Aanbevelingen gemeenten
- Benoem in het college van burgemeester en wethouders een portefeuillehouder voor woonwagenbewoners en hun mensenrechten;
- Ga in gesprek met de gemeenteraad over het standplaatsen-beleid en eventuele voornemens om het standplaatsenbeleid aan te passen;
- Maak standplaatsenbeleid in overeenstemming met het mensenrechtenkader voor de culturele identiteit van woonwagenbewoners (onder meer de jurisprudentie van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens en de oordelen van het College voor de Rechten van de Mens) en leg de standplaatsenbehoefte onder woonwagenbewoners in de gemeente vast in de Woonvisie;
- Inventariseer daartoe de behoefte aan standplaatsen, toewijzingscriteria, constructies voor huur of koop en woonvorm onder woonwagenbewoners in de gemeente.
De presentatie van het rapport
Dit gebeurde in het clubgebouw Beukbergen van het woonwagencentrum in de gemeente Zeist. Aanwezige gasten waren o.a. woonwagenbewoners die hebben klachten hebben ingediend,vertegenwoordigsters van woonwagenorganisaties, zoals Sabina Achterbergh van de Vereniging Sinti Roma en woonwagenbewoners, Anneke van der Pol van Travellers United Nederland en cameraploegen van de NOS, Hart van Nederland, Omroep Gelderland en Frans Bromet (maker van de npo documentaire “Beukbergen de verbouwing van een woonwagenkamp” uit 2016)
Dit is maar een beknopte samenvatting. Lees verder het uitgebreide rapport :
Woonwagenbewoner Zoekt Standplaats 17 Mei 2017 Nationale Ombudsman
Hebt U Als Woonwagenbewoner Een Klacht Over De Gemeente Wat Kunt U Doen Nationale Ombudsman
Kabinet Moet Einde Maken Aan Discriminerend Standplaatsenbeleid Woonwagenbewoners Nationale Ombudsman